Elk jaar opnieuw trekken duizenden 'pelgrims',
van overal ter wereld naar Santiago de Compostela in Galicië, Spanje.
Te voet, per fiets, te paard of met de rolstoel. Op weg naar het graf
van Jacobus 'de Meerdere', Sint-Jacob.
Er zijn vele wegen naar Santiago, de meeste sluiten echter aan op de
Camino Francés, de weg vanuit Frankrijk, ten zuiden van de Pyreneeën.
Vanuit het noorden sloten de meeste wegen hierop aan via vier
'hoofdaders' :
de Via Turonensis (vanuit Tours),
de Via Lemonovicensis (vanuit Vézelay),
de Via Podiensis (vanuit Le Puy-en-Velay) en
de Via Tolosana (vanuit Arles).
Fietsers vanuit België en Nederland maken vaak gebruik van de boekjes
van Clemens Sweerman. Deze boekjes, die perfect op een stuurtas
passen, geven naast de te fietsen route ook toeristische en historische
info, evenals alternatieven voor slaap- en eetgelegenheid. (
route vanuit Gent naar Santiago de compostela)
In 2010 haalden 272.135 'pelgrims' hun oorkonde op in
Santiago de Compostela. Om deze te verkrijgen moet men kunnen aantonen
dat men minstens 100 km heeft afgelegd te voet, te paard of met de
rolstoel. Met de fiets dien je minstens 200 km te hebben afgelegd. in
2010 waren ongeveer 12% van alle 'pelgrims' fietsers. (
statistieken)
Dit
bewijs lever je met je stempelboekje, een boekje waarin je regelmatig
stempels laat zetten onderweg, door herbergen (refugio's), kerken,
enz... Om in deze pelgrimsherbergen te mogen overnachten (aan zeer
democratische prijzen) dien je een geloofsbrief te kunnen voorleggen .
De geloofsbrief en het stempelboekje kan je verkrijgen bij plaatselijke genootschappen zoals :
En dan begin je te trainen , want het is een lange tocht en nooit vlak.
Wanneer je je fietstassen pakt, onthou dan : "Less is more", hoe minder je meeneemt, hoe beter. In
deze paklijst zit eigenlijk te veel.
Een leuk reisverslag vind je op
deze blog
De reden
Vandaag is het gemakkelijk om ons cynische bedenkingen te maken, maar
de naïeve, analfabete middeleeuwer leefde voortdurend met de gedachte
aan het lot : dat zijn ziel zou ondergaan op de 'dag des oordeels', de
dag dat zijn ziel zijn lichaam verliet en er geoordeeld werd over haar
bestemming : de hemel, de hel, of ergens daar tussenin, het vagevuur.
De
beste manier om vergeving of een gunst te krijgen was door contact te
nemen met een Heilige, die voor hem of haar een goed woordje zou doen.
Was die Heilige als martelaar gestorven, dan was dat nog beter (blijkbaar hadden die iets meer te zeggen).
Was die Heilige een Apostel die als martelaar was gestorven, dan was dat de max ...
Daarom was de bedevaart naar Santiago de Compostela, het graf van de
apostel Jacobus (Sant Iago in het Gallego), de derde populairste, na
Jeruzalem (graf van Jezus Christus) en Rome (graf van Sint-Pieter).
De redenen waarom men vandaag naar Santiago de Compostela trekt, zijn
zeer uiteenlopend : uit dankbaarheid voor een verkregen gunst, als
boete, om een gunst te verkrijgen, als sportieve uitdaging, bezinning,
een combinatie van deze ...
het ontstaan
Over het leven van vele Heiligen bestaat er twijfel, maar over
Jacobus de Meerdere zijn er vele geschriften gevonden. Na de dood van
Christus zou Jacobus naar Spanje zijn getrokken om er het geloof te
verkondigen. Hij trok er van Zuid naar Noord en keerde vervolgens terug
naar Jeruzalem.
in het jaar 44nc stond hij aan het hoofd van de Christenengemeenschap
in Jeruzalem, toen hij door koning Herodes Agrippa werd gevangen
genomen en onthoofd. Opdat zijn lichaam niet voor de honden zou worden
gegooid hebben twee van zijn leerlingen zijn lijk gestolen en zij zouden
het op een bootje naar Galicië hebben gebracht.
Het
is in 813 dat een kluizenaar, Pelayo, ernaartoe gelokt door een ster,
het graf ontdekt. Vandaar Compostela, Campus Stellae, het terrein van
de ster. (Een veel logischer, maar minder leuke, etimologische
verklaring is echter dat compostela zou komen van compostum,
begraafplaats). Deze Pelayo gaat met zijn verhaal naar de bisschop, die
meldt het aan de koning, en deze laat hierop een kerk bouwen. De
ontdekking van het graf van de Heilige apostel kwam de koning trouwens
goed uit, omdat vanuit het Zuiden de Moren steeds verder oprukten.
In 844 is er de slag van Clavijo tegen de Moren. Daar 'verschijnt' op
het moment dat de Christenen zouden verslagen worden, de H. Jacobus op
zijn paard, en hij verjaagt er eigenhandig de Moren. De overwinning
wordt dan ook aan hem toegeschreven en vandaar ook zijn bijnaam
'Matamoros' Jacobus de Morendoder. En hij krijgt een grotere kerk...
In de 2e helft van de 10e eeuw zou de eerste bekende bedevaart plaatsvinden, nl. deze van de bisschop van Le Puy.
Het was toen echter een zeer gevaarlijke onderneming om naar Santiago
te trekken. In het noorden (Camino del norte) waren er regelmatig
invallen van de Vikingen, ten zuiden van de Pyreneën (Camino francés)
zaten de Moren.
bloei
Rond de 11e eeuw worden de Moren definitief teruggedrongen.
Ondertussen is Jeruzalem in handen van de Turken, dus gevaarlijk. De
machtige Benedictijen van Cluny worden overtuigd om gasthuizen en kerken
te bouwen langs de verschillende routes. Gauw doen ook de
Franciskanen, Augustijnen en Cistercienzers mee.
In de 12e eeuw schrijft paus Calistinus een codex, het Liber Sancti
Jacobi, een soort eerste reisgids. Een boek met daarin oa de legende van
Sint Jacob, tips over slaapplaatsen, wegen, water ,... alsook een
tabel met tarieven (bv. indien je deze kerk bezoekt, zoveel dagen
minder in het vagevuur...)
In
die tijd noteerde men jaarlijks tot 500.000 pelgrims in Santiago de
Compostela, en dit op een bevolking van ongeveer 50 miljoen Europeanen.
Vandaar dat er niet alleen enorme kathedralen staan in steden als
Chartres, Tours, Burgos, ..., maar ook in landelijke dorpen, kerken die
totaal buiten proportie zijn met hun omgeving.
in 1122 werd de traditie van het 'Heilig Jaar' in het leven geroepen.
Dit is wanneer 25 juli (naamdag van H. Jacob) op een zondag valt.
Indien je in zo'n heilig jaar, na een voltooide bedevaart, naar de mis
gaat in de Cathedraal van Santiago de Compostela en een charitatieve
schenking doet, krijg je een volle aflaat.
Nadien
vanaf de 15e eeuw komt er verval door sociale omwentelingen,
reformisme en verlichting, ... tot er vlak voor wereldoorlog II zich nog
slechts een tiental pelgrims per jaar aanmelden.
Sinds de jaren '90 van vorige eeuw kent de tocht weer een spectaculaire groei.
Deze tocht is aangrijpend, niet alleen door de fysieke inspanning of
door de schoonheid van de natuur, maar vooral door de beleving om samen
met duizenden anderen onderweg te zijn op een weg die miljoenen anderen
reeds hebben afgelegd, elk met zijn eigen verhaal.